Europese Unie en Oostenrijk

Thema’s > Europese Unie en Oostenrijk

Oostenrijk werd na de Tweede Wereldoorlog bezet door de geallieerden omdat het in 1938 de kant van de Duitsers had gekozen. Deze bezetting werd in mei 1955 opgeheven toen Oostenrijk een verdrag sloot met de geallieerden waarin werd bepaald dat Oostenrijk weer volledig een zelfstandig land zou worden op voorwaarde dat het in het vervolg neutraal zou zijn. Vanwege deze overeengekomen neutraliteit stond de Sovjet Unie niet toe dat Oostenrijk deel zou nemen aan het integratieproces dat zich in West-Europa voltrok en kon Oostenrijk niet toetreden tot de Europese Unie.

Na het einde van de koude oorlog, toen Oostenrijk dacht dat het geen grote tegenstand van de Sovjet-Unie meer hoefde te verwachten, gaf het aan lid te willen worden van de Europese Gemeenschap. In juli 1994 werd onder de Oostenrijkse bevolking een referendum gehouden over het EG-lidmaatschap, waarbij 66,4 % van de bevolking vóór toetreding stemde.

Oostenrijk trad in 1995, samen met Finland en Zweden, toe tot de Europese Unie. De Europese unie ging van 12 naar 15 leden dankzij de toetreding van 1995. Toen Oostenrijk toetrad tot de Gemeenschap, trad het eveneens toe tot het Akkoord van Schengen waardoor de vrije doorgang van personen was geregeld.

Opkomstpercentages van de verkiezingen voor het Europees Parlement in Oostenrijk was in 1996 : 67,7 % . In 1999 was dit gezakt tot 49,4 %.

In 2000 was de positie van Oostenrijk binnen de Europese Unie een moeilijke. De EU verwierp de regeringsdeelname van Haiders FPÖ. Veertien lidstaten van de Europese Unie wilden een onderzoek naar de mate waarin Oostenrijk de ‘Europese waarden’ respecteert, in het bijzonder met betrekking tot de rechten van minderheden, vluchtelingen en immigranten. De veertien legden Oostenrijk sancties op van februari tot september 2000. Tijdens deze crisis vond nog maar 33 procent van de Oostenrijkse bevolking het EU-lidmaatschap een “goede zaak”, tegen 42 procent enkele maanden voor deze crisis.

Oostenrijk voerde in 2002 de euro in.

De Europese grondwet werd tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap op 29 oktober 2004 in Rome ondertekend door de regeringsleiders en staatshoofden van de 25 EU-lidstaten. Alvorens dit verdrag in werking zou treden, moest het door alle lidstaten worden geratificeerd. In Oostenrijk heeft het parlement over de ratificatie besloten en de grondwet aangenomen. De nee stemmers bestonden vooral uit extreem rechtse, zeer conservatieve politici.

De eerste helft van 2006 was Oostenrijk voorzitter van de Europese Unie. Meer informatie over dit half jaar vindt u op de website over het voorzitterschap van Oostenrijk.

Europarlementariërs: Oostenrijk heeft 18 zetels in het Europees Parlement, verdeeld over de volgende fracties (Zetels):

  • Europese Volkspartij (EVP) (6)
  • Partij van de Europese Sociaal-Democraten (PES) (7)
  • Europese Liberale en Democratische Partij (ELD)(-)
  • Groenen en Vrije Europese Aliantie (Groen/VEA) (2)
  • Confederale Fractie Europees Unitair Links/ Noords Groen Links (EUL/NGL) (-)
  • Europa voor Democratie en Diversiteit (EDD) (-)
  • Unie voor Europa van Nationale Staten (UEN) (-)
  • Overige parlementsleden 3

(Bron: Europees Parlement 2004)

Eurocommissaris: Benita Ferrero-Waldner – Buitenlandse betrekkingen en Europees nabuurschapsbeleid

Heinz K. BECKER

Eugen FREUND

  • Eugen FREUND
  • AustriaSozialdemokratische Partei Österreichs
Karoline GRASWANDER-HAINZ

Karin KADENBACH

Barbara KAPPEL

Othmar KARAS

Elisabeth KÖSTINGER

Ulrike LUNACEK

  • Ulrike LUNACEK
  • Group of the Greens/European Free Alliance
  • AustriaDie Grünen – Die Grüne Alternative
Georg MAYER

Angelika MLINAR

  • Angelika MLINAR
  • Group of the Alliance of Liberals and Democrats for Europe
  • AustriaNEOS – Das Neue Österreich
Franz OBERMAYR

Evelyn REGNER

Michel REIMON

Paul RÜBIG

Claudia SCHMIDT

Monika VANA

  • Monika VANA
  • AustriaDie Grünen – Die Grüne Alternative
Harald VILIMSKY

Josef WEIDENHOLZER

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.